Terug naar overzicht
Over werken, bouwwerken, termijnen en nieuwe wetgeving
29 november 2023
In een recente uitspraak van Raad van Arbitrage is nog eens duidelijk geworden hoe belangrijk de kwalificatie van een overeenkomst is. Het ging niet “slechts” om een overeenkomst van aanneming van werk, maar om een bijzondere vorm daarvan, de overeenkomst van aanneming van bouwwerk. Dat laatste betekende een veel langere verjaringstermijn gold. Een belangrijk onderscheid dus, ook in het kader van toekomstige wetgeving.
Inleiding
Begin dit jaar (februari 2023) heeft de Raad van Arbitrage in hoger beroep geoordeeld dat een aanneemster zelfs dertien jaar na het uitvoeren van asbestsanering nog aansprakelijk is voor gevonden asbestdeeltjes.
Deze uitspraak geeft aanleiding om weer even stil te staan bij een aantal relevante termijnen (verjarings- en vervaltermijnen) en bij de vraag of er sprake is van ‘aanneming van bouwwerken’, of van ‘aanneming van werk’. Het verschil in kwalificatie, werk of bouwwerk, is ook relevant voor de Omgevingswet en de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen (Wkb), die op 1 januari 2024 in werking treden.
Verjaringstermijn van twintig jaar bij ‘aanneming van bouwwerken’
Dat je als aannemer na dertien jaar nog aansprakelijk kan zijn voor het tekortschieten in de nakoming van contractuele verplichtingen, komt doordat er bij 'aanneming van bouwwerken' een wettelijke verjaringstermijn geldt van twintig jaar. De achterliggende gedachte hierbij is dat bouwwerken lang meegaan en dat gebreken zich ook pas later kunnen openbaren. Als het niet gaat om aanneming van een bouwwerk, maar om 'aanneming van werk', is de verjaringstermijn tien jaar. Deze verjaringstermijnen van twintig en tien jaar, worden ook wel ‘absolute’ verjaringstermijnen genoemd.
Asbestsanering is ‘aanneming van bouwwerk’
In de zaak waarover de Raad voor Arbitrage in februari jl. heeft geoordeeld, stelde aanneemster dat de door haar uitgevoerde saneringswerkzaamheden los moesten worden gezien van haar overige (bouw) werkzaamheden en dat er daarom geen sprake was van ‘aanneming van een bouwwerk’. Als het namelijk geen ‘aanneming van bouwwerk’, maar gewoon ‘aanneming van werk’ zou zijn, dan gold een verjaringstermijn van tien en niet van twintig jaar en kon zij na dertien jaar niet meer aansprakelijk worden gehouden.
Helaas voor aanneemster gingen de arbiters in hoger beroep hier niet in mee. Zij oordeelden dat de verbouwingswerkzaamheden die bestonden uit de sloop en herbouw van delen van loodsen als één geheel moeten worden gezien. Ook als je verbouwt, is sprake van 'aanneming van bouwwerk'. En ook de asbestsanering die hieraan voorafgaat, is onderdeel van het aangenomen bouwwerk. Kortom: er gold een verjaringstermijn van twintig jaar en dus bestond er ook na dertien jaar nog aansprakelijkheid van aanneemster.
Kortere vervaltermijn bij toepasselijkheid UAV
Partijen, opdrachtgever en aannemer/aanneemster, kunnen afwijken van de lange wettelijke (‘absolute’) verjaringstermijnen. Zo wordt in de praktijk vaak de toepasselijkheid van de Uniforme Administratieve Voorwaarden (UAV), zoals die van 2012, paragraaf 12 overeengekomen en geldt een vervaltermijn van vijf jaar na de dag van oplevering door aanneemster. Let hier goed op, want deze contractuele vervaltermijn kan niet worden gestuit. Je kan je rechten dan alleen nog veiligstellen door een rechtsvordering in te stellen, of door samen een nieuwe termijn af te spreken.
De tweejaarstermijn
Dan is er ook nog de wettelijke verjaringstermijn van twee jaar. Deze gaat erover dat als de opdrachtgever een gebrek in de door aanneemster opgeleverde zaak constateert, de opdrachtgever dit zo snel mogelijk bij aanneemster moet melden (‘protesteren’) en moet aandringen op herstel. De tweejaarstermijn begint te lopen na ontvangst door aanneemster van het protest over het gebrek in de opgeleverde zaak. Als de opdrachtgever de aanneemster een termijn heeft gesteld om het gebrek te herstellen, begint de verjaring pas te lopen bij het einde van die termijn, of even zoveel eerder als dat aanneemster heeft laten weten het gebrek niet te herstellen.
Stel dat de opdrachtgever vervolgens twee jaar niks doet – en ook de termijn niet stuit - en aanneemster het gebrek niet herstelt, dan heeft de opdrachtgever na verloop van deze twee jaar geen recht meer op herstel of vervangende schadevergoeding.
Opgelet bij samenloop termijnen; voor je het weet ben je te laat!
Kortom: in het bouwrecht gelden verschillende termijnen; termijnen die ook nog eens samen kunnen lopen of elkaar kunnen doorkruisen. Zo kan het zijn dat de vervaltermijn van vijf jaar nog loopt, terwijl de tweejaarstermijn al verstreken is. In dat geval zal een rechtsvordering wegens een verborgen gebrek niet-ontvankelijk zijn, want verjaard. Ook kan het zo zijn dat een opdrachtgever na vier jaar melding maakt van een verborgen gebrek. Vanaf dat moment gaat de tweejaartermijn lopen, maar gezien de vervaltermijn van vijf jaar na oplevering, kan van die twee jaar nog maar een jaar worden benut. Daarna kan geen rechtsvordering meer worden ingesteld.
Aanneming van werk
Dan terug naar de uitspraak van begin dit jaar. In deze zaak is dus vastgesteld dat er bij de (gebrekkig) uitgevoerde asbestsanering sprake was van aanneming van bouwwerk en dat daarom een verjaringstermijn van twintig jaar gold. Dat roept de vraag op wanneer er dan sprake is van aanneming van werk? De wet kent hiervoor een algemeen artikel. Hierin staat dat aanneming van werk een overeenkomst is waarbij de aannemer zich tegenover de opdrachtgever verbindt om buiten dienstbetrekking een werk van stoffelijke aard tot stand te brengen en op te leveren, tegen een door de opdrachtgever te betalen geldprijs. Dit kan gaan om een bouwwerk, maar bijvoorbeeld ook om de reparatie van je auto of het stomen van je kleding.
In de wetgeving, zoals die nu (anno 2023) geldt, wordt er alleen voor de ‘absolute’ verjaringstermijn onderscheid gemaakt tussen aanneming van werk (verjaringstermijn van tien jaar) en aanneming van bouwwerk (verjaringstermijn van twintig jaar).
Aanneming bouwwerken en komst Wkb
Met de komst van de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen (Wkb) zullen er voor aanneming van bouwwerken op verschillende plaatsen in de wet meer specifieke regels gaan gelden. Zo zullen er bij 'aanneming van een bouwwerk' nadere voorschriften komen voor de waarschuwingsplicht van de aannemer, het door de aannemer te verstrekken opleverdossier en zullende aansprakelijkheidsregels na oplevering veranderen. Let hier dus op als de Wkb in werking treedt.
Wij blijven dit natuurlijk volgen en houden u op de hoogte. Ook over de vraag wat er nog meer als bouwwerk moet worden aangemerkt. Dat is nu nog niet precies duidelijk.